De mooiste opmerking die ik te horen heb gekregen was: Jij bent als de schoonmaker in mijn huis

In gesprek met Ferdinand Oppenhuizen, huisarts en voorzitter van het bestuur van Knooppunt Ketenzorg

bg-mask

Hoe lang ben je huisarts?

Ik ben nu bijna 14 jaar praktijk houdend huisarts. Toen ik klaar was met mijn opleiding kreeg ik meteen een praktijk aangeboden in Leiden. Ik ben nooit waarnemend huisarts geweest. Dat lijkt comfortabel en dat is het ook in zekere zin. Aan de andere kant zie je als waarnemend huisarts het een en ander en als ik daarmee was gestart dan had ik wellicht sneller een beeld gehad wat voor ’n soort praktijk goed bij mij past.

De eerste elf jaar was ik praktijk houdend huisarts in Leiden. Ik heb de keuze gemaakt om daar te stoppen. Ik zat in een wijk, die toen nog niet was geduid als achterstandswijk maar wel hard op weg was om dat te worden. De zorgzwaarte nam enorm toe, de organisatie werd groter, het verkleinen van de praktijk was geen optie en het inzetten van een waarnemer werkte onvoldoende. Ik kreeg het alsmaar drukker.

Wat betekent het voor een huisarts om in een achterstandswijk te werken?

We hebben nogal wat verschraling van overheidswege meegemaakt. De participatiemaatschappij betekent eigenlijk bezuiniging op allerlei ondersteunende structuren, met name de structuren voor de kwetsbaren. Dat leidde op die plek ertoe dat onze huisartsenpraktijk een zorgloket werd voor alles en iedereen. Wij, als team, losten de meest ingewikkelde psychosociale puzzels op. Althans dat werd van ons gevraagd. We hadden te maken met een laag opleidingsniveau, werkloosheid, sociaal isolement, oorlogstrauma’s, een multiculturele omgeving, verslavingen. 

Vanwege de postcodeverdeling was de wijk nog niet geduid als achterstandswijk dus er waren ook geen fondsen om extra te ondersteunen. De zorgvraag werd door deze kwetsbare groep nogal eens onhandig geformuleerd; het omgaan met verbale agressie en bedreigingen was op een gegeven moment een bijna dagelijks onderdeel van het werk voor het team. Zo wilde ik niet doorgaan.

Nu zit ik in een plattelandspraktijk in Aarlanderveen. Ik reis nu wat langer maar ben weer helemaal opgebloeid als huisarts. Het langdurige contact met patiënten, het leren kennen van de mensen, hun problemen, hun achtergronden, het kunnen aansluiten bij hun zorgbehoefte, bij hun manier van denken en handelen in het leven. Je gewaardeerd voelen. Dat is prachtig.

Wat is voor jou het belang van Knooppunt Ketenzorg?

Ik ben vanaf de start betrokken bij Knooppunt Ketenzorg, net als Cora Vermeulen. In het begin beheerden we maar een paar zorgprogramma’s. Het was nog heel klein, we hadden een aantal werkgroepen die onder de programmacommissie vielen. Aanvankelijk kostte dat een paar uur per maand. Het fijne was dat je namens de regio in gesprek kon met de ziekenhuizen en met de zorgverzekeraar over de inhoud van de programma’s, over de afstemming met de tweede lijn. De ziekenhuizen konden natuurlijk niet met 200 huisartsen samenwerkingsafspraken maken en ook niet met vier zorggroepen.

De rol van het Knooppunt is in toenemende mate complex geworden. Het aantal zorgprogramma's is uitgebreid we beheren een aantal pilots en regionale projecten, op het gebied van ouderenzorg, ggz, longen etc. De ZorgApp ZHN is er bijgekomen. Er is veel op ons afgekomen omdat de zorggroepen aangaven dat zaken regionaal belegd moesten worden en er was nog geen regio organisatie. Zo is het knooppunt elk jaar gegroeid in het takenpakket. We willen een helder aanspraakpunt zijn voor ziekenhuizen en andere partijen zodat je gezien wordt. Wij, van de eerste lijn, zijn onderdeel van de zorgketen.

Als je niet met je partners in gesprek bent weten ze niet wat er leeft bij jou en weet je ook niet wat er bij hen leeft. Je hebt elkaar de komende jaren steeds meer nodig. We moeten samen zorgen dat de zorg hanteerbaar blijft en zo efficiënt mogelijk ingericht raakt zodat we de toenemende zorgvraag het hoofd kunnen blijven bieden. Dat toekomstgericht kijken naar de zorg is een van de drijfveren waarom ik dit werk doe. Ik ga nog zo’n twintig jaar mee als huisarts en ik wil dat op een prettige manier blijven doen. Dat betekent dat we blijvend moeten leren omgaan met zaken die op ons afkomen.

Vanuit de afspraken die we met de ziekenhuizen maakten gaven bijvoorbeeld cardiologen aan dat ze soms vastliepen met hun politijden; ‘we zien mensen die we niet meer moeten zien of mensen die hier eigenlijk niet meer horen. Kunnen we niet een gedeelte van bijvoorbeeld hartfalen zorg teruggeven aan de eerste lijn?’ Heldere samenwerkingsafspraken en goede scholingsvoorwaarden zorgden ervoor dat er een gedeelte van die zorg bij de eerste lijn neergelegd kon worden.

Als er efficiënt wordt samengewerkt in de zorgketen en als je de eerste lijn goed faciliteert dan blijven de zorgverleners gedreven en fit en is de kwaliteit hoger. Daarbij komt dat er dan geen zorg meer zonder overleg naar de eerste lijn wordt doorgeschoven. Bovendien zorgen goede zorgafspraken voor helderheid voor de patiënt. De patiënt wordt niet onnodig doorverwezen en er is minder de afhankelijkheid van hoe individuele zorgverleners met zorgvragen omgaan. Dat merkt de patiënt omdat er met haar gecommuniceerd wordt over de onderling gemaakte afspraken.

Een mooi voorbeeld van een ontwikkeling waar iedereen voordeel van heeft is teleconsultatie. Anderhalf jaar geleden hebben we dit uitgebreid voor onder andere neurologie. De specialist krijgt een tarief en de huisarts krijgt een tarief maar dat is maar een fractie van wat een polibezoek kost. Nu kost het bij elkaar tachtig euro, een polibezoek kost ruim tweehonderd euro. Er is zowel door de huisarts en de specialist nagedacht over de vraag en er is binnen twee dagen antwoord. Bovendien scheelt het de patiënt reistijd en eigen risico.

Ik hoop dat wat we nu doen over enkele jaren geïntegreerd is in de regio organisatie en daarmee onszelf overbodig hebben gemaakt als apart Knooppunt.

Hoe kom jij terecht in deze rol binnen Knooppunt Ketenzorg?

Bij de start was er bij de programmacommissie behoefte aan een jonge betrokken huisarts. Ik was midden dertig, praktijkhoudend huisarts, ik stond met de voeten in de klei. Ik had meer interesses dan alleen het voeren van een praktijk. Het werd opgemerkt dat ik geïnteresseerd ben in de effecten van ons handelen als huisartsen op wat er in de ziekenhuizen gebeurt en wat er in de wijk gebeurt. Ik werd gevraagd om te solliciteren. Toen ik begon was ik er een paar uur per maand mee kwijt. Nu is dat soms veertien uur per week.  

Na een paar jaar lid te zijn geweest van de programmacommissie (de overkoepelde commissie boven de werkgroepen) ben ik al snel meegegaan bij de gesprekken met de tweede lijn, uit nieuwsgierigheid. Ik werd in de jaren die volgden steeds meer de gesprekspartner van de tweede lijn en van Zorg en Zekerheid en van de GGZ als het ging om de inhoudelijke afstemming van de zorg.

Die rol past me ook het beste, het organiseren van het toekomstgericht maken van de zorg, samen met de ziekenhuizen en of GGZ en/of VVT. Ik treed dan naar buiten als gezicht van het Knooppunt Ketenzorg. Soms is dat wat ongemakkelijk. Bij kwaliteitsavonden sta ik voor groepen over onderwerpen als ICT te praten en dat is niet helemaal mijn ding. Dat is spannend. Het uitonderhandelen van zorgafspraken gaat veel makkelijker en vind ik heel leuk. Ik probeer te sturen op wat er gebeurt in de zorg in deze regio en mijn opgebouwde ervaring daarbij te gebruiken.

We worden inmiddels serieus genomen. In het begin bijvoorbeeld zaten we eerst alleen met een specialist om tafel, vervolgens met het management erbij en nu de laatste jaren maken we gezamenlijke keuzes rond juiste zorg op de juiste plek en zijn de transmurale afspraken tot op bestuursniveau geborgd. Dat helpt om te kunnen sturen om dat eerstelijns belang en het stevig neer te kunnen zetten en waardering ervoor te krijgen.

Ik ben sinds dit jaar voorzitter, ik ben de opvolger van Hans van Selm. Ik mis hem als sparringpartner op en als mede huisarts bestuurder. Ik was schaduwspits, een rol die ik fijn vind. Redelijk onzichtbaar, veel voor elkaar krijgen.

De mooiste opmerking die ik te horen heb gekregen was: Jij ben als de schoonmaker in mijn huis. De schoonmaker die zie je niet en die hoor je niet en die maakt mijn huis schoon. Tot het moment dat de schoonmaker er niet is…dan loopt mijn hele huis vast, dan stoor ik me aan dingen, dan draai ik niet meer lekker en dan functioneert mijn huis niet meer goed. Jij bent de schoonmaker in ons systeem. Jij zorgt dat alles geregeld is, dat de kreukels gladgestreken zijn, dat de afspraken helder zijn. Wij hoeven daar niet over na te denken.

De eerste paar jaar hadden we een kleiner bestuur. Nu zijn we groter. Met Cora Vermeulen die weer teruggekomen is hebben we een zeer ervaren bestuurder in huis, die heel nauwkeurig is. Marrit Wester is zich de laatste periode naast haar financiële rol steeds meer inhoudelijk aan het ontwikkelen. Marieke Compier gaat als inhoudelijk sparringpartner fungeren. Ik ben ook heel blij met Stephanie Dortwegt, want die maakt het mogelijk dat ik beter functioneer. Zij zorgt dat de front face weer hartstikke goed is en ze zoekt van alles uit voor me.

Ik heb nu meer tijd voor mijn gezin met drie (puber) kinderen. Ik loop hard om te ontstressen en ik maak muziek, ik speel piano om mijn creativiteit aan te blijven wakkeren. 

NB: Vanuit zijn rol als voorzitter van het bestuur van Knooppunt Ketenzorg is Ferdinand te bereiken via voorzitter@knooppuntketenzorg.nl.

Cookies

Onze website maakt gebruik van cookies om het gebruik en functionaliteit te waarborgen.

Naast functionele cookies, plaatsen wij met uw toestemming ook analytische cookies om bij te houden welke pagina's op onze website het meest worden bezocht. Het programma dat wij hiervoor gebruiken is Google Analytics. Google Analytics is volgens de richtlijnen van De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) privacyvriendelijk ingesteld. Deze cookie slaat geen persoonsgegevens op.

Youtube
Video’s in pagina’s kunnen worden afgespeeld. Klikgedrag, bekeken video’s en aangepaste voorkeuren worden verzameld. Bezoekersinformatie wordt gebruikt voor advertentiedoeleinden.